dr. Rob van Gerwen
Consilium Philosophicum
Utrecht

Kunst en expressie.
Een filosofische ontmoeting.

HOVO logo Utrecht

Zomeracademie 2014
HOVO Utrecht
De Nieuwe Poort 21, Amersfoort, zaal A3.02.
8 en 10 juli 2014 (zomercursus)

Het aanbod op deze pagina stamt uit het verleden. Voor actueel aanbod zie rechts op de menu's onder Overig aanbod.

Inhoud

In vier bijeenkomsten bespreken we enkele filosofische vragen die samenhangen met expressie in de kunst en in het menselijk gelaat.
1. Eerst leg ik de aard van kunst uit en laat ik zien dat het maakwerk dat de kunstenaar heeft geleverd centraal staat in de esthetische beoordeling van kunst. We zien niet alleen het product van creativiteit, maar ook het proces ervan. Dit geldt voor alle kunsten.
2. Kunst is een praktijk die op een bepaalde manier los staat van de wereld van alledag. Niet qua inhoud, maar wel in de ervaring. Dit verklaart waarom publieke kunst een ingewikkeld fenomeen is. Op straat gedragen mensen zich niet vanzelf als een kunstpubliek; ze doen er boodschappen, lopen te babbelen, enz.
3. We bespreken als voorbeeld de film, omdat die voor het belangrijkste deel over mensen gaat. De vraag die we hier bespreken is of films wel het vermogen hebben om mensen adequaat weer te geven. We bespreken wanneer een weergave van de handelingen van mensen adequaat is en wanneer niet, en wlke middelen de film ter beschikking staan om te compenseren voor hun eigen onvermogens.
4. Ten laatste komen we dan toe aan de kernwaarde van expressie: gelaatsexpressie. Zonder gelaatsexpressie (en andermans reactie daarop) kan een biologische species, zoals de mensheid, onmogelijk overleven. Daarnaast leg ik uit hoe wij in onze cultuur, met zijn medisch-technische verworvenheden een kolossale vergissing begaan door mensen om te vormen naar de schoonheden die wij van de afbeeldingen van mensen, filmsterren en modellen uit de magazines. Ik bespreek met andere woorden de problemen rond cosmetische chirurgie en gelaatsexpressie.

Duchenne de Boulogne manipuleert gelaatsspieren

Gelaatsexpressie en de electrische manipulatie van gelaatsspieren

Duchenne de Boulogne.

Over Rob van Gerwen

Dr. Rob van Gerwen is senior docent en onderzoeker aan departement Wijsbegeerte (faculteit Geesteswetenschappen) van Universiteit Utrecht. Hij doceerde ook aan de Koninklijke Akademie voor Beeldende Kunsten en het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en de Hogeschool der Kunsten te Utrecht. Doceert aan de HOVO's van Nijmegen, Utrecht en Brabant, en aan kunstinstellingen in Den Bosch, Breda, Helmond en Eindhoven. Hij is directeur/eigenaar van Consilium Philosophicum.

Hij publiceerde bijna 200 artikelen en tien boeken, over onderwerpen uit de filosofie van de kunst. Hieronder een met cum laude beoordeeld proefschrift, Art and Experience (1996); verder een boek over Richard Wollheims benadering van schilderkunst, bij Cambridge University Press (2001), en, bij het Centraal Museum in Utrecht, Kleine overpeinzingen. Over kunst kijken in het museum (2003). In 2016 verscheen bij uitgeverij Klement, zijn Moderne filosofen over kunst (tweede druk, 2017).
Eind 2018 verscheen, ook bij uitgeverij Klement, Zullen we contact houden. Hoe we de geest uit ons wereldbeeld verwijderen, over de tegenwerking van de subjectieve geest en onze verantwoordelijkheid door digitale technologie en het objectivisme van de moderne gemechaniseerde wetenschappen — onze eigen (objectieve) geest is daarvoor verantwoordelijk.
Hij redigeerde voor uitgeverij ISVW twee boeken over de cineasten Andrey Tarkovski en Claire Denis, en schrijft momenteel een boek waarin hij een ethiek voorstelt over ons alledaagse morele denken en voelen, die niet over morele principes gaat, maar over de waarneembare (met andere woorden, de esthetische) aspecten van menselijke interactie.
In de achtergrond rondt hij ook een boek af over Kunst als een morele praktijk, en werkt hij nog altijd aan de esthetica van menselijke schoonheid, gelaatsexpressie en cosmetische chirurgie.
Via zijn websites vindt u onderwijsbeschrijvingen, artikelen, voordrachten en een weblog. Meer...

Literatuur

Vier teksten kunnen op de eerste bijeenkomst worden aangeschaft.

Tijdschema juli 2014

1. dinsdag 8 juli: 11.00-12.45 (pauze: 11.45-12.00).
Kunst als expressie.

Henri Matisse, zelfportret

Zelfportret

Henri Matisse

We beginnen met het moderne systeem van de schone kunsten. Dit wordt zo genoemd omdat er bij de aanvang van de moderne periode, rond de Verlichting, niet alleen iets in ons wereldbeeld en in de wetenschappen verandert, maar ook in de kunsten. De kunsten worden opnieuw gegroepeerd, en sommige dingen die voorheen als een kunst werden beschouwd, vallen buiten beeld, bijvoorbeeld: de tuinkunst, mozaïek, keramiek, glas-in-lood. Niet dat die dingen niet meer mooi gevonden worden, maar ze zijn functioneel en de nieuwe kunsten zijn dat niet langer: kunst hoeft nergens meer voor te dienen. Maar ze moet voortaan wel mooi zijn. Ik zal helder uitleggen wat hier verandert en waarom het verandert. De nieuwe schone kunsten worden dus niet langer beoordeeld over de mate waarin ze aan hun doelen tegemoet komen, maar om hun schoonheid. En dat betekent ook dat degenen die oordelen de kijkers zijn, en dat zijn geen kunstenaars, maar kunst-amateurs, zouden we kunnen zeggen. Zij oordelen met hun smaak. De enige vraag die resteert is, wat is dan wel smaak? Ik zal laten zien onze esthetische oordelen over kunst voor een belangrijk deel betrokken zijn op het werk wat de kunstenaar geleverd heeft bij het maken van het werk. Dat is een neo-expressivistische theorie van kunst: het kunstwerk drukt iets van de kunstenaar uit.


Wilt u verder lezen?

van Gerwen, Rob. “Schoonheid als expressie.” In Kunst en onze Werkelijkheid, 26–35.
“Beeldrecht en Kijkplicht (Rob Scholte).” In Kunst en onze Werkelijkheid , 1–8.
“Uitbestede Waarnemingen (Voebe de Gruyter).” In Kunst en onze Werkelijkheid, 9–18.
“Vazen (Marieke van Diemen).” In Kunst en onze Werkelijkheid, 19–25.

2. dinsdag 8 juli: 13.45-15.30 (pauze 14.30-14.45).
Publieke kunst.

Richard Serra, Tilted Arc

Tilted Arc

Richard Serra

Eén van de dingen die met het moderne systeem van de schone kunsten gepaard gaat is de eis aan de beschouwer dat die een artistieke houding inneemt. Zo'n artistieke houding houdt in dat men alles wat een kunstwerk te bieden heeft tot zich neemt en er over nadenkt en meevoelt bij het waarnemen van het werk. Tevens moet men ervan afzien in te grijpen in de werkelijkheid. Een simpel voorbeeld: als op het toneel de heldin vermoord wordt dient men mee te leven met haar lot, maar niet de politie te bellen of het toneel op te stormen om haar te redden. Ik zal laten zien dat deze artistieke houding bij alle kunstvormen vereist is, maar dat hedendaagse kunstvormen als de installatie de beschouwer niet langer alleen in zijn waarneming willen raken maar ook willen verleiden om in te grijpen. Niettemin blijft ook daarbij de artistieke houding overeind. Bij publieke kunst treedt hierover echter een spanning op. Publieke kunst is kunst in de openbare ruimte en in die ruimte zijn mensen juist voortdurend met allerlei morele zaken bezig. Als op straat iemand vermoord wordt, worden alle mensen juist wel geacht in te grijpen en tenminste de politie te bellen. Dus hoe kan iets nu kunst zijn en een artistieke houding vereisen en in de openbare ruimte staan waar mensen juist hun morele houding overeind moeten houden? Ik zal met verschillende voorbeelden bespreken hoe lastig publieke kunst eigenlijk wel niet is.

Wilt u verder lezen?

Danto, Arthur C. 1987. “Tilted Arc and Public Art.” In The State of the Art, 90–95. New York: Prentice Hall Press.
Devereaux, Mary. 1993. “Protected Space: Politics, Censorship, and the Arts.” Journal of Aesthetics and Art Criticism 51:2:207–15.

3. donderdag 10 juli: 11.00-12.45 (pauze: 11.45-12.00).
Film en de waarneming

Jean Luc Godard: A Bout de Souffle

À Bout de Souffle, 1960 (Jean Luc Godard).

Jean-Paul Belmondo en Jean Seberg.

Op de derde bijeenkomst bespreek ik een aantal filosofische kwesties die met film te maken hebben. In films gaat het doorgaans over mensen die allerlei soms ongewone, some gewone dingen meemaken. Een van de vragen die aan de orde zullen komen, is: kunnen we met film wel weergeven wat het voor iemand is om een bepaalde situatie waar te nemen? Hoe komt het toch dat de camera altijd ter plaatse is? Of: dat een film alleen maar uit scenes bestaat doe toevallig van groot belang zin voor het verhaal van de film? Ofwel welk element van een film bestaat voornamelijk uit het medium zelf, in plaats van uit de aard van het afgebeelde? Geven films ons wel een goed beeld van hoe mensen een leven leiden, of hoe ze de dingen om hen heen waarnemen?

Wilt u verder lezen?

Allen, Richard, and Murray Smith, eds. 1998. Film Theory and Philosophy. Oxford: Oxford University Press.
Bazin, André. 1984. Wat is film. Vertaald door Jan van der Donk. Weesp, Antwerpen: Wereldvenster, Standaard Uitgeverij.

4. donderdag 10 juli: 13.45-15.30 (pauze 14.30-14.45).
Gelaatsexpressie en cosmetische chirurgie

Cosmetische chirurgie en het gelaat

Na en voor de "correctie"

Cosmetische chirurgie

Op de vierde bijeenkomst ga ik dieper in op de aard en het biologische belang van gelaatsexpressie. Wat is gelaatsexpressie? Bevindt een gelaatsexpressie zich louter daar in dat gezicht waarnaar men kijkt? Ik betoog dat een belangrijk aspect van gelaatsexpressie het aankijken is: alleen als iemand mij aankijkt, krijg ik goed zicht op zijn gelaatsexpressie. Maar dat de ander mij aankijkt, betekent dat ik hem ook aankijk. Gelaatsexpressie is een proces, geen toestand in een ander gelaat. Wat zien we in de spiegel van onze eigen gelaatsexpressie? Wat zag Narcissus in de vijver wat hem zo frustreerde dat hij ervoor stierf? Wat ziet een schilder die een zelfportret schildert? Wat zijn de consequenties van deze analyse van gelaatsexpressie en van het spiegelbeeld voor onze omgang met cosmetische chirurgie (ik concentreer me op cosmetische chirurgie van het gelaat)?


Wilt u verder lezen?

Fridlund, Alan J. 1997. “The new ethology of human facial expressions.” In The Psychology of Facial Expression, edited by James A. Russell and José-Miguel Fernandez-Dols, 103–32. Cambridge, New York: Cambridge University Press.
Gerwen, Rob van. 2011. “Gesichter sprechen an. Eine philosophische Betrachtungsweise des Gesichtsausdrucks (und der kosmetischen Chirurgie).” In Im Dienste der Schönheit? Interdisziplinäre Perspektiven auf die Ästhetische Chirurgie, edited by Arianna Ferrari, Beate Lüttenberg, and Johann S. Ach, 189–204. Berlin: Lit Verlag.
Russell, James A., and José-Miguel Fernandez-Dols, eds. 1997. The Psychology of Facial Expression. Cambridge, New York: Cambridge University Press.

Weblog

Philosophy of the Arts, a blog by Rob van Gerwen